1. Plaats de aanwijzer op het boven- of ondergedeelte van de pagina totdat u het gedeelte van de kop- of voettekst ziet en klik daar in.

   U kunt naar wens een of meer van de drie velden voor uw kop- en voettekst gebruiken.

   Als u het koptekst- en voettekstgebied niet ziet, kiest u 'Weergave' > 'Toon lay-out' (uit het Weergave-menu boven in het scherm). Als u het koptekst- of voettekstgebied dan nog steeds niet ziet, klikt u op 'Document'  in de knoppenbalk, klikt u op 'Document' en zorgt u dat de aankruisvakken 'Koptekst' en 'Voettekst' zijn ingeschakeld.

2. Voer uw tekst en eventuele paginanummering in.

   Afhankelijk van de bestaande kop- en voettekst, en van het feit of u meerdere secties in uw document hebt, ziet u mogelijk een optie om een nieuwe kop- of voettekst te plaatsen.

1. Klik op 'Document' in de knoppenbalk en klik vervolgens op 'Document'.

2. Schakel het aankruisvak 'Koptekst' of 'Voettekst' uit.

Als u zich bedenkt, drukt u op Command + Z om de verwijderde tekst weer te geven. U kunt de verwijderde tekst niet terughalen door het aankruisvak weer in te schakelen.

U kunt de kop- en voettekst op de eerste pagina van een sectie verbergen (elk document heeft ten minste één sectie).

1. Klik in de sectie die u wilt wijzigen.

2. Klik op 'Document'  in de knoppenbalk en klik vervolgens op 'Sectie'.

3. Schakel het aankruisvak 'Verberg op eerste pagina van sectie' in.

U kunt op elke gewenste plek op een pagina een paginanummer, het aantal pagina's of een datum en tijd invoegen. Als u wilt dat deze informatie op elke pagina op dezelfde plek verschijnt, voegt u de informatie toe aan de koptekst of de voettekst.

1. Klik op de plek waar u het paginanummer, het aantal of de datum wilt plaatsen.

   Om de informatie in de koptekst of de voettekst te plaatsen, beweegt u de aanwijzer naar de boven- of onderkant van de pagina totdat u het gedeelte voor de koptekst of voettekst ziet. Vervolgens klikt u waar u de informatie wilt weergeven.

2. Voer een van de volgende stappen uit:

   • Als u de informatie aan de pagina toevoegt: Klik op 'Voeg in'  in de knoppenbalk en kies 'Paginanummer', 'Aantal pagina's' of 'Datum en tijd'.

   • Als u een paginanummer aan de kop- of voettekst toevoegt: Klik op 'Voeg paginanummer in' en kies een optie.

     Opmerking: Het venstermenu 'Voeg paginanummer in' wordt alleen de eerste keer weergegeven wanneer u het paginanummer aan een kop- of voettekst toevoegt.

Om het aantal pagina's aan het paginanummer toe te voegen (bijvoorbeeld '2 van 8'), kiest u 'Paginanummer', typt u "van" met een spatie ervoor en erachter, klikt u nogmaals op 'Voeg in'  en kiest u vervolgens 'Aantal pagina's'.

U kunt de tekst opmaken en de tekstuitlijning aanpassen met de regelaars in het paneel 'Stijl' van het infovenster 'Opmaak'.

Pagina's worden gewoonlijk opeenvolgend genummerd, maar u kunt een documentsectie of pagina met een afwijkend nummer laten beginnen.

1. Klik naast het paginanummer dat u wilt wijzigen.

   Er verschijnt een venster waarin wordt aangegeven welke paginakoptekst of -voettekst u bewerkt.

   

2. Klik op de knop 'Begin nieuwe koptekst/voettekst hier'.

   Er wordt een nieuwe sectie aangemaakt en het paginanummer wordt opgehoogd ten opzichte van de vorige pagina.

3. Klik op 'Document' in de knoppenbalk en klik vervolgens op 'Sectie'.

4. Selecteer 'Begin met' in het gedeelte 'Paginanummering' en geef een nieuw begingetal op.